Het duo Coop Himmelb(l)au wordt gevormd door Wolf D. Prix (Wenen, 1942) en Helmut Swiczinsky (Poznan, 1944). Beiden studeerden architectuur aan de Technische Universiteit van Wenen en aan de Architectural Association in Londen. In 1968 gingen zij een samenwerkingsverband aan en sinds die tijd werkt het duo uitsluitend aan gezamenlijke projecten. In Nederland is Coop Himmelb(l)au vooral bekend wegens hun ontwerp voor het paviljoen voor oude kunst van het Groninger Museum (1994).
De naam Coop Himmelb(l)au verwijst in meerder opzichten naar hun werkwijze. ‘Coop’ staat voor coöperatie en verwijst naar samenwerking. ‘Himmelb(l)au’ is te lezen als Himmelblau of als Himmelbau; beide woorden duiden op de vrije en open architectuur die ze voorstaan. Dit kwam vooral tot uiting in het deconstructivisme dat Coop Himmelb(l)au tot ver in de jaren 1990 aanhing. Binnen deze stroming, die vooral paste in de postmoderne tijdgeest van de jaren tachtig, zocht men niet naar harmonie en synthese, maar juist naar versnippering, chaos, contrast en beweging in het ontwerp.
Coop Himmelb(l)au is een architectenduo, maar hun benadering vertoont verwantschap met de beeldende kunst. Vooral in het begin van hun samenwerking organiseerden Prix en Swiczinsky een aantal ‘happenings’, een fenomeen uit de beeldende kunst. Hun manifest is niet functioneel georiënteerd, maar sluit aan bij de tegendraadse toonzetting van beeldende kunstmanifesten: “Wir wollen eine Architektur, die mehr hat! Architektur, die blutet, die erschöpft, die meinetwegen bricht. Architektur die leuchtet, die sticht, die fetzt und unter Dehnung reißt. Architektur muß schluchtig, feurig, glatt, hart, eckig, brutal, rund, farbig, obszön, geil, träumend, vernähend, verfernend, naß, trocken und herzschlagend sein. Wenn sie kalt ist, dann kalt wie ein Eisblock. Wenn sie heiß ist, dann so heiß wie ein Flammenflügel. Architektur muß brennen”*
* uit: Gründungsmanifest Coop Himmelb(l)au, 1968.